in verbinding durven komen

‘Voor mij begon hechten met hechten aan mijzelf.’

 Valentijnsdag is geweest en het concept hechting komt weer in mijn gedachten.     Hoe makkelijk het voor mij is om mij te hechten aan dieren, voorwerpen, plaatsen; hoe moeilijk ik dit kan vinden met mensen. 

In mijn ogen zullen dieren mij niet afkeuren of afwijzen. Zij zullen geen oordelen hebben en dit biedt mij veiligheid. Eindeloze gesprekken kan ik voeren met mijn konijn, wetende dat hij mogelijk enkel mijn gevoel zal ervaren, maar nooit de eindeloze woordenstroom. Mijn ervaringen met mensen is een heel ander verhaal. Gedurende mijn leven heb ik veel angst en verdriet ervaren in mijn ervaringen met mensen. Mijn vertrouwen in de ander werd hierdoor beetje bij beetje afgebrokkeld. Ondanks deze vertrouwensbreuk, de angst en het verdriet mocht ik gaan ervaren dat daadwerkelijk de verbinding aangaan met de ander ook kan zorgen voor houvast, veiligheid, steun en liefde. 

Voor mij begon hechten met hechten aan mijzelf. Mezelf in de spiegel aan kunnen kijken en zeggen ‘Jij bent oké’. Dit klinkt misschien wat bescheiden, maar in eerste instantie waren de gedachtes naar mijzelf als ik naar mijn spiegelbeeld keek voornamelijk negatief. Voor mij is dit daarom ook een wereld van verschil. Gedurende de dag probeer ik te focussen op mildheid naar mijzelf toe ook wanneer ik al veel te streng voor mijzelf ben geweest. Ik probeer te focussen op hetgeen ik een ander zou wensen én op dat ook ik dat voor mijzelf mag wensen.

Na dit zelfbewust en reflectief focussen op de hechting met mijzelf kon ik de stap maken om ook te hechten met anderen. Voor mij ging dit gepaard met een tweestrijd tussen afstoten en aantrekken, waar het mij veel moeite kosten om dit patroon te doorbreken. Vanuit het onbewuste reageerde ik al uit één van de polariteiten van deze tweestrijd. Angst kwam naar voren en dan probeerde ik er alles aan te doen om de ander bij mij te houden. Angst kwam naar voren en dan probeerde ik er alles aan te doen om iemand van mij weg te houden. Angst voor verlies, maar ook angst om gezien te worden in mijn kwetsbaarheid. Kortom, angst stond centraal in het willen binden.

 

Ook vandaag de dag merk ik dat ik soms nog in dit onderbewuste patroon schiet. Voor mij kwam er vooruitgang in de omgang hiermee toen ik zag dat het anderen kon kwetsen en toen ik merkte dat ik stabiliteit wilde in een relatie met een ander. De key om mijn patroon te doorbreken is open communiceren en transparant zijn in mijn beleving. Voor mijn partner en mij was dit een hele zoektocht, vaak ook aangezien ik het lastig vond om precies te benoemen wat er in mij omging. Ik kreeg vrijheid om af en toe meer ruimte te nemen en af en toe juist niet. We konden experimenteren in wat voor mij (en daarmee dus ook voor ons) werkte. Langzaamaan kon ik mij meer gaan verbinden en kreeg onze relatie een stevigere basis. 

Ook binnen mijn familiaire banden en vriendschappen, merkte ik dat dit principe hielp. Ik experimenteerde in het ruimte nemen en geven. Ik schreef mijn belevingen van mij af en focuste op wat ik daadwerkelijk nodig had op het moment. Er zijn theorieën beschreven dat problemen in de hechting ontstaan in de eerste drie jaar van je leven en dat dit zo cruciaal is, dat je je nooit echt zal kunnen hechten. Hier ben ik het niet mee eens en ik hoop dat mijn verhaal dit duidelijk maakt. Wellicht is de manier waarop ik hecht, anders dan anderen die makkelijker hechten, maar het is en blijft voor mij een manier om te verbinden en te hechten. Ik hoop hiermee anderen een hart onder de riem te steken, dat verbinding ervaren mogelijk is. 

Lieve groet,

Valerie Pronk

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *